Waar ligt de grens tussen betaald- en amateurvoetbal?

Door de nieuwe voetbalpiramide, – die nog niet af is, er zijn werkgroepen bezig over dit onderwerp – wordt de scheidslijn tussen betaald- en amateurvoetbal steeds kleiner. Waar leidt het toe?

Prof. Mr. Marjan Olfers wees het amateurvoetbal er in 2016 tijdens de BAV jaarvergadering al op: ‘Voor je het weet ben je een BVO’. De licentie-eisen met betrekking tot het aantal verplichte contractspelers zijn volgens haar in strijd met het mededingingsrecht. Onlangs zijn 14 clubs door de – onafhankelijke – licentiecommissie bestraft met drie punten in mindering en de clubs zijn het daar niet mee eens. Ze zijn in elk geval in beroep gegaan, en bij handhaving van de straf wordt een gang naar de rechter niet uitgesloten.

Economische belangen
Er is van de 2e en 3e divisie-clubs een delegatie in gesprek met de KNVB over het eventueel aanpassen van deze licentie-eis voor het seizoen 2017 – 2018. Voor het huidige seizoen heeft de KNVB aangegeven de licentie-eis niet te willen aanpassen. Het verschil tussen sportieve en economische belangen wringt natuurlijk.

Zorgen
Op dit moment maakt een aantal betrokken clubs in de 2e en 3e divisie (een twintigtal), en diverse Hoofdklasse-clubs zich zorgen over hun amateurstatus, maar het geldt natuurlijk voor alle clubs in het amateurvoetbal, want door de promotie/degradatieregeling kan elke vereniging ermee in aanraking komen.

Standpunt BAV
De BAV heeft al aangegeven dat het niet wenselijk is een dergelijke licentie-eis in een cao op te nemen. Dus moet het binnen de KNVB opgelost worden, óf de clubs moeten zich schikken, en dat laatste lijkt er niet op. Prof. mr. Marjan Olfers heeft hier haar mening gepubliceerd over de kwestie. De BAV heeft betrokken verenigingen ondersteuning in het hele traject aangeboden.