

FC Oldemarkt bouwt energieneutraal clubgebouw
F.C. Oldemarkt heeft als eerste voetbalvereniging in Nederland een energieneutrale en duurzame accommodatie gebouwd. De weg ernaartoe duurde vijf jaar en kende vele hobbels, maar het eindresultaat is verbluffend.
André Bus en Hendrik Jan Gorter zitten in de oude kantine van F.C. Oldemarkt te praten over de nieuwe accommodatie die een paar dagen verwijderd is van de officiële opening. Als eerste club in Nederland heeft de derdeklasser een compleet energieneutraal gebouw (zes kleedkamers en een kantinedeel met keuken) weten te realiseren, vervaardigd vanuit een visie van duurzaamheid. Er staat nu een clubgebouw met een energiebesparend systeem dat bestaat uit vloerverwarming, een warmtepomp met open bron, zonnecollectoren en een geïsoleerde schil met energiezuinige verlichting.
Het contrast met het oude onderkomen is groot. Daar hebben de deuren van het toilet amper de strijd tegen de tijd overleefd. Enkel glas, enkel steen, een schuinaflopend dak bedekt met teer en daardoor allemaal slecht geïsoleerd. Wie naar buiten kijkt, ziet honderd meter verder de nieuwe behuizing glinsteren in de zon.
De rekening van de energiekosten in het oude clubgebouw – zo’n tienduizend euro per jaar – was de basis voor het investeringsplan voor de nieuwe accommodatie, vertelt voorzitter Bus, in het dagelijks leven hoofddocent Ruimtelijke Ordening en Planologie aan de Saxion Hogescholen. Want als je dertig jaar lang tienduizend euro kan besparen, heb je de investering eruit.
‘Het bouwen van een duurzame woning is nog redelijk overzichtelijk. Daar ben je vrijwel continu in aanwezig. Bij een voetbalvereniging heb je te maken met pieken en dalen. In de zomerperiode, als er de meeste zon aanwezig is, ligt het sportpark bijna stil. Het seizoen loopt van september tot mei, en dan ook nog met een grote mate van activiteiten op zaterdag en zondag.’
Het moment dat de eerste bouwplannen als hersenspinsels binnendrongen was ook meteen het startsein voor een hobbelige route die na vijf jaar uiteindelijk het gewenste eindresultaat heeft opgeleverd. ‘In het begin gingen we op zoek naar voorbeelden, maar die konden we niet vinden. We waren de eerste in Nederland die dit gingen doen’, weet Bus.
Gorter valt hem bij. Hij is de voorzitter van de onafhankelijke stichting die het bestuur heeft opgericht en die de accommodatie onder haar beheer heeft. Dat was ook een van de wensen van de lokale overheden om subsidie te verstrekken. ‘Het bouwen van een duurzame woning is nog redelijk overzichtelijk’, zegt Gorter. ‘Daar ben je vrijwel continu in aanwezig. Bij een voetbalvereniging heb je te maken met pieken en dalen. In de zomerperiode, als er de meeste zon aanwezig is, ligt het sportpark bijna stil. Het seizoen loopt van september tot mei, en dan ook nog met een grote mate van activiteiten op zaterdag en zondag én nog een keer met pieken van 17.00 uur tot 22.00 uur. Dat waren allemaal variabelen die het uiterste vroegen van alle betrokkenen.’
Het project eiste veel van iedereen die er deel van uitmaakte. Installateurs, architecten, de overheden, de leden van F.C. Oldemarkt; iedereen vond de puzzel op de doos rond duurzaamheid van een ongekende schoonheid, maar niemand wist van tevoren óf het eindresultaat haalbaar was en zo ja hóé dat mogelijk zou worden tegen zo min mogelijk kosten. ‘Want er was in het begin van de planvormingsfase nog geen geld in kas en we wilden wel een gedegen begroting, zegt Bus.
Liefst drie jaar is er onderzoek gedaan naar de mogelijkheden. ‘Uiteindelijk kregen we het vertrouwen met elkaar dat het kon en zijn we begonnen met het maken van een schets. Je krijgt dan een beeld wat de gemeente aan normbedragen wil vrijgeven en kunt een investeringsplaatje maken. Daarna zijn we naar de leden toegegaan. Het bestuur, de stichting en de door ons opgerichte bouwcommissie hebben alle argumenten verzameld om de leden te overtuigen van onze plannen. Zijn jullie als verenging bereid een lening aan te gaan? Zijn jullie bereid ons te helpen met de bouw? Gelukkig was iedereen enthousiast. Een heel grote groep leden gaf zich op voor het project. Door die zelfredzaamheid hebben we ongeveer 84.000 duizend euro op bouw en installatiekosten kunnen besparen. Voor aankleding, interieurinrichting en afwerking komt daar nog eens 40.000 aan zelfwerkzaamheid en sponsoring in natura bij waardoor we 124.000 euro hebben kunnen besparen in totaal.
Gorter vult hem aan: ‘Als je nu terugblikt is dat het mooiste geweest. De leden hebben ontzettend geholpen. En een woord was een woord. Als het water hoog stond, waren ze er óók. Dat is goud waard. De veerkracht van de leden om met elkaar iedere keer door te gaan is de basis van dit succes geweest. Niemand is in het proces afgehaakt.’ Bus: ‘Er was ook heel veel emotionele betrokkenheid. Als er gewerkt werd, zag je ereleden van zeventig jaar knapen van 18 vertellen wat ze moesten doen. En andersom ook. Soms waren er vier generaties tegelijk aan het werk op de bouwplaats. Dat houdt de sfeer vast. Na afloop aten we een broodje en dronken we een biertje. We wilden het niet té gezellig maken, want de mensen waren de volgende keer ook nodig. Als ze lam naar huis gaan, zeggen de vrouwen een week later: bekijk het nu maar.’
Waar de saamhorigheid en sfeer op de verenging goed waren, hadden de lokale overheden zichtbaar moeite om een constructieve weg te vinden in het unieke nieuwbouwproject. Als de ene ambtenaar iets beloofde, was een andere ambtenaar er niet van op de hoogte. En toen de normbedragen waren vastgesteld, bleken die later weer te worden veranderd. Op momenten dat F.C. Oldemarkt graag steun had willen hebben van gemeente en provincie, bleek ze veelvuldig tegen een muur van starheid aan te lopen. Bus: ‘Ik wil niet al te veel mijn gal spuwen, maar het was vaak frustrerend. De overheid denkt meer in problemen dan in oplossingen.’ Gorter: ‘Het leek er soms op dat we een wedstrijd aan het spelen waren en tijdens het duel de spelregels constant werden veranderd.’ Als vereniging van vrijwilligers hebben we dan ook helaas letterlijk leergeld moeten betalen.
Niettemin volhardde de club en haar leden in de bouw van een unieke accommodatie die toekomstbestendig is. Bovendien zal F.C. Oldemarkt méér energie overhouden dan het uitgeeft. ‘Het geld dat we daarmee besparen, willen we investeren in de jeugdopleiding. Ook op die manier willen we werken aan een mooie toekomst.’
Kostenplaatje
- Kleedkamers (inclusief duurzame installaties) Eur 441.000
- Kantine (inclusief duurzame installaties) Eur 237.000
- Overige plankosten (architect, constructeur, leges, toegangsweg, riolering, bodemonderzoek, sloop oude gebouwen en dergelijke) Eur 105.000
- Onvoorziene kosten en rente en aflossing (2 jaar bouwen) Eur 47.000
- Totale investering zes kleedkamers en kantine en aankleding Eur 830.000
Gefinancierd door middel van:
- eigen middelen F.C(acties) Eur 70.000
- Lening Rabo Bank Eur 200.000
- Subsidie gemeente Steenwijkerland Eur 436.000
- Subsidie Provincie Overijssel Eur 40.000
- Zelfwerkzaamheid door leden van FC Oldemarkt (manuren) Eur 84.000
- Totaal Eur 830.000
Aanvullend:
Aankleding, interieur en afwerking (bar, keuken, terras etc. Eur 40.000
Gerealiseerd door:
Sponsoring in materialen en inzet van vrijwilligers. Eur 40.000
Vijf tips
Vijf tips van André Bus en Hendrik Jan Gorter voor andere verenigingen die ook duurzaam en energieneutraal willen bouwen:
1. Vorm een visie. Weet waar je het over hebt en wat je wilt. Definieer heel goed wat voor jouw club duurzaamheid betekent. Op die definitie kun je later in alle discussies terugvallen.
2. Tekenen en rekenen. En dat moet je altijd in het gemeenschappelijke belang doen. De stichting heeft bijvoorbeeld steeds de BTW moeten voorschieten. Dat is alleen al op het kleedkamerdeel 92.610,– Euro. Een fors bedrag waar de stichting rente over moest betalen.
3. Zorg dat je afspraken goed vastlegt. Als wij het over zouden mogen doen, waren we met een opnameapparaat en een jurist naar de gesprekken met de overheid gegaan om beter grip te krijgen op de verschillende manier van denken en werken tussen vrijwilligers uit het verenigingsleven en de ambtelijke manier van werken vanuit overheden.
4. Kijk verder dan de korte termijn. Wij hebben bijvoorbeeld de aanbesteding gedaan onder regionale bedrijven. Die zijn vaak bereidwilliger als er iets fout gaat of als er in de toekomst iets moet worden veranderd.
5. Beter goed jatten dan slecht bedenken. Wij hebben drie jaar onderzoek gedaan en daar vijftigduizend euro aan uitgegeven. Mochten andere verenigingen dezelfde kant op willen gaan als wij, kunnen ze bij ons voor tien procent van dat bedrag het kant-en-klare plaatje overnemen. Dan heb je een geweldige voorsprong en bespaar je veel tijd en geld. En verdienen wij een deel van de investering weer terug.